|
---|
1 | Een psalm1), een lied voor de kinderen van Korach. Zijn2) grondslag is op de bergen der heiligheid.
|
2 | De HEERE bemint de poorten van Sion boven alle woningen van Jakob.3)
|
3 | Zeer heerlijke dingen worden van u gesproken,4) o stad Gods!5) Sela.6)
|
4 | Ik zal Rahab7) en Babel vermelden8), onder degenen, die Mij kennen; ziet, de Filistijn9), en de Tyrier,10) met den Moor,11) deze is12) aldaar geboren.
|
5 | En van Sion zal gezegd worden: Die en die is14) daarin15) geboren;16) en de Allerhoogste17) Zelf zal hen bevestigen.
|
6 | De HEERE zal hen rekenen18) in het opschrijven19) der volken, zeggende: Deze is aldaar20) geboren. Sela.
|
7 | En de zangers,21) gelijk de speellieden, mitsgaders al mijn fonteinen, zullen23) binnen u zijn.
|
|
---|