1 2 3 4 5 6


1Om deze oorzaak ben ik Paulus de gevangene van Christus Jezus,1) voor u, die2) heidenen zijt.
2Indien gij maar gehoord hebt van de bedeling3) der genade Gods,4) die mij gegeven is aan u;5)
3Dat Hij mij door openbaring heeft bekend gemaakt deze verborgenheid,6) (gelijk ik met weinige woorden te voren geschreven7) heb;
4Waaraan gij, dit lezende, kunt bemerken mijn wetenschap,8) in deze verborgenheid van Christus),
5Welke in andere9) eeuwen den10) kinderen der mensen niet is bekend gemaakt, gelijk zij nu11) is geopenbaard aan Zijn heilige apostelen en profeten,12) door den Geest;
6Namelijk dat de heidenen zijn medeerfgenamen,13) en van hetzelfde lichaam, en mededeelgenoten Zijner belofte in Christus, door het Evangelie;
7Waarvan ik een dienaar geworden ben, naar de gave der genade Gods, die mij gegeven is, naar de werking14) Zijner kracht.
8Mij, den allerminste15) van al de heiligen, is deze genade gegeven, om onder de heidenen door het Evangelie te verkondigen den onnaspeurlijken16) rijkdom van Christus,
9En allen te verlichten,17) dat zij mogen verstaan, welke de gemeenschap der verborgenheid zij, die van alle eeuwen verborgen is geweest in God, Welke alle18) dingen geschapen19) heeft door Jezus Christus;
10Opdat nu, door de Gemeente,20) bekend gemaakt worde aan de overheden21) en de machten in den hemel22) de veelvuldige wijsheid Gods;
11Naar het eeuwig23) voornemen, dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus, onzen Heere;
12In Denwelken24) wij hebben de vrijmoedigheid,25) en den toegang26) met vertrouwen,27) door het geloof aan Hem.28)
13Daarom bid ik, dat gij niet vertraagt in29) mijn verdrukkingen voor u,30) hetwelke is31) uw heerlijkheid.
14Om deze oorzaak buig ik mijn knieen tot den Vader32) van onzen Heere Jezus Christus,
15Uit Welken33) al het geslacht34) in de hemelen35) en op de aarde genoemd wordt,36)
16Opdat Hij u geve, naar den rijkdom Zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden door Zijn Geest in den inwendigen mens;37)
17Opdat Christus door het geloof in uw harten38) wone, en gij in de liefde39) geworteld40) en gegrond zijt;
18Opdat gij ten volle kondet begrijpen met al de heiligen, welke de breedte,41) en lengte, en diepte, en hoogte zij,
19En bekennen de liefde van Christus, die de kennis42) te boven gaat, opdat gij vervuld wordt tot al de volheid Gods.43)
20Hem nu, Die machtig is meer dan overvloediglijk te doen, boven al wat wij bidden of denken, naar de kracht, die in ons werkt,44)
21Hem, zeg ik, zij de heerlijkheid in de Gemeente,45) door Christus Jezus, in alle geslachten,46) tot alle eeuwigheid.47) Amen.